
Het geluk is met de Belgen, met de Walen om meer precies te zijn. In het najaar en voorjaar kun je vooral in Wallonië vrijwel ieder weekend een toffe wijnbeurs bezoeken. Voor de liefhebbers van wijn uit de Bourgogne is daar zelfs Salon des Vins de Bourgogne in Jalhay. In 2020 was ik bijzonder te spreken over de Salon du vin et de la gastronomie in Huy (tussen Luik en Namen). Dat was trouwens vijf dagen voor de eerste coronabesmetting in Nederland. Het geluk was even met mij, maar een terugkeer naar Huy was pas na drie jaar mogelijk.
Ik trof het afgelopen weekend in Huy een gewogen keuze bourgondische domeinen aan: uit Chablis, de Hautes-Côtes de Beaune en de Côte Chalonnaise. Jammer dat het geprogrammeerde Domaine Christophe Perrin afwezig was, anders hadden wij ook van een bijdrage uit de Mâconnais mogen genieten. Verder drie domeinen uit de Beaujolais, waarvan ik er één inmiddels goed ken. Geen domein uit de Côte d’Or, maar toch een rode Santenay 1er Cru die de show stal.
Domaine Marini (Chablis)
Drie generaties lang cultiveert dit domein wijnstokken (15 ha) met de passie en wens om simpelweg fantastische Chablis te produceren. En dat zonder één spaan hout. Er stonden drie cuvées op de proeftafel: Chablis, Chablis ‘vieilles vignes’ en de Chablis 1er Cru ‘Vaucoupin’ (allemaal uit 2021). Het climat ‘Vaucoupin’ ligt niet ver van het domein, dat in Béru is gevestigd (tussen Tonnerre en Chablis). De generieke Chablis had weldadige aroma’s in de neus en was smaakvol (wit en geel fruit, minerale tonen en een opvallend mooie zuurgraad) in de mond. Ragfijne smaaksensaties verraadden een krachtige en complexe Chablis ‘vieilles vignes’ in spé, de ‘Vaucoupin’ een verfijnde en elegante Chablis 1er Cru in spé.
Domaine Premier Chapitre (Côte Chalonnaise)
Een micro-domein in Mercurey, waar ik blijkbaar vaker ben langsgelopen, maar nog niet kende … Met slechts 1,4 ha aan wijngaard ook nog een keer met de nodige toelichting en uitleg. Om te beginnen waren Gatienne en Eric Bouvier respectievelijk advocate en piloot, voordat zij de wijnbouw omhelsden. Op de proeftafel: Mercurey (twee maal rood), Montagny en Bourgogne Aligoté. De wijngaarden in Mercurey, vlak bij hun domein, zijn in eigen bezit. Van de Montagny krijgen zij de druiven door hun plukkers aangeleverd vanuit het lieu-dit ‘Les Dazés’ in Saint-Valerin, gelegen in het uiterste zuiden van de Côte Chalonnaise. Het echtpaar vindt de naam van het lieu-dit echter niet mooi en zet daarom simpelweg ‘Montagny’ op het etiket van de fles. Voor de Bourgogne Aligoté krijgt men via een négociant-constructie de most aangeleverd. Uit een wijngaard in niet minder dan Chassagne-Montrachet.
De Bourgogne Aligoté wordt in een eikenhouten ton opgevoed om hem wat meer body en structuur mee te geven. Smaakte uitstekend en hij was voor een Bourgogne Aligoté opvallend gelaagd, maar ik leg de flessen die ik kocht nog een jaar weg. De Montagny begeleidt vanavond reeds een klein feestje: alles in dienst van sappig, tegelijkertijd mooi ingetogen wit en geel fruit. Vooral een eerlijke Montagny, recht door zee. Daar kun je het ongetwijfeld uitstekend mee vinden. Dat kun je ook met de Mercurey ‘4000 Pieds’. Puur voor het plezier gemaakt en met het rijpe fruit centraal. De Mercurey ‘Vignes du Chapitre’ is dan weer in een eikenhouten vat grootgebracht gedurende een jaar. Impressies van klein donker fruit (cassisbessen), minerale tonen en een miniem zwart pepertje. Nu nog strak en krachtig, maar wanneer je hem enkele jaren weglegt, belooft hij terug te keren als een rijke en complexe Mercurey die mooi in balans is.
Domaine Claude Nouveau (Hautes-Côtes de Beaune)
Een domein dat ik al jaren in het vizier heb. Dankbaar dat ik het weer aantrof in Huy. In 2010 vertrouwde Claude Nouveau de leiding van het domein toe aan zijn schoonzoon Stéphane Ponsard, in 2015 vergezeld door diens echtgenote Aline. Wijnstokken geteeld onder duurzaam beheer (HVE), handmatige oogst. Proeverij in een bijzonder ingerichte kelder, namelijk vergezeld van veel antieke werktuigen. Domaine Claude Nouveau wordt in wijngidsen en -tijdschriften opgemerkt vanwege zijn Santenay en Maranges, maar geen slecht idee om te beginnen met de rode Hautes-Côtes de Beaune. Wanneer je denkt dat dit niet beter kan, de Santenay ‘Les Charmes Dessus’ spreekt je tegen. Om in nog hogere sferen te eindigen met de nog steeds rode Santenay 1er Cru ‘Grand Clos Rousseau’. Uit 2021 en volgens Stéphane Ponsard na vijf jaar perfect om te openen. Wij waren onder de indruk en vonden hem reeds overheerlijk. Alsof deze gesofisticeerde Bourgogne tegen ons wilde zeggen dat 2021 in kwantitatief wel een rampjaar mag zijn geweest, maar aan menige Bourgogne die wel in de fles belandde het predicaat ‘klassiek’ mag worden gegeven. Reeds met een rijkdom aan smaakreserves die zich in een opvallend prettige cadans presenteerden. Die dien ik diep in mijn kelder weg te bergen, want de verleiding om ernaar te grijpen, zal steeds groot zijn.
Domaine du Bois de Chat (Beaujolais)
Een vriendelijk weerzien met de enthousiaste wijnbouwer Jérémy Bally. Zijn domein is in Julié gevestigd, in de buurt van Juliénas. Ik schreef over hem en zijn domein reeds enthousiast in de bijdrage over Salon du vin in Huy (editie 2020) d.d. 29 februari 2020. Deze editie presenteerde Jérémy twee cuvées Juliénas (‘Original’ en ‘Vieilles Vignes’, beide met druiven afkomstig uit hetzelfde climat) en een Moulin-à-Vent (‘Coeur de Graint’). Modern, uniek, karaktervol, maar geheel volgens het handboek om goede Beaujolais te maken. Mij bevielen vooral de ranke minerale tonen, die ik het meeste terugvond in de Juliénas ‘Original’ (2020). Met verder een overdaad aan rijp fruit, die het snel openen na korte koeling van deze smaakvolle Beaujolais volledig rechtvaardigt.