Het bourgognejaar 2022 was overweldigend. Met vele mooie herinneringen, maar ook met zorgen over de toekomst van de wijnbouw in de Bourgogne. Over de prijs die wij als liefhebbers daarvoor dienen te betalen. Het centrale deel van deze bijdrage staat stil bij de uitdagingen van de Bourgondische wijnsector en bij de oplossingen die worden aangedragen om een redelijke prijs voor een Bourgogne te realiseren.

De bourgondische wijnoogst 2022
Alsof ik met een ontbrekend puzzelstukje had te maken, waagde ik me pas in oktober aan een bijdrage over de wijnoogst in de Bourgogne (‘Bourgondische wijnoogst 2022: een zucht van verlichting’ d.d. 8 oktober jl.). Het perscommuniqué van het Bureau Interprofessionnel des Vins de Bourgogne (B.I.V.B.) was voor wijnjournalisten een belangrijke bron van informatie, aangevuld met een persbericht d.d. 14 november 2022 met de titel ‘Bourgogne 2022: un millésime généreux et prometteur’. En ja, de wijnoogst 2022 is sinds 2018 niet zo genereus geweest en de kwaliteit belooft veel goeds.
Het onderbelichte aspect van de wijnoogst betreft de kwantiteit van het volume aan druiven dat is binnengehaald. Houd de bourgondische media kritisch in de aandacht en de kurk komt bovendrijven. Michel Barraud (Vignerons des Terres Secrètes in Prissé): “In de zomer gingen wij ervan uit dat we uitzonderlijke volumes zouden oogsten. Maar in de praktijk heeft de droogte ons afgestraft op het vlak van volumes. De oogst is goed, wij naderen de toegestane opbrengsten, maar weinig domeinen hebben zeer hoge opbrengsten behaald.” Dat plaatst de opmerking van Erwan Faiveley (Domaine Faiveley) in perspectief: “We zijn verheugd over de kwaliteit en tevreden over de kwantiteit van de druiven.” Het B.I.V.B. sprak ten slotte, als toelichting op beide perscommuniqués, de volgende wijze woorden: “Het potentieel is aanwezig om van 2022 een geweldige jaargang te maken. Met een prachtige balans, perfecte gezondheid en prachtige kleurextractie zou het onredelijk zijn om meer te vragen.”
De prijzen (en de schaarste) van de Bourgognes
In maart stond een artikel in La Revue du Vin de France met een uiteenzetting van redenen waarom je voor een Bourgogne steeds dieper in de buidel dient te tasten. De inkt was nog niet droog of de oorlog in Oekraïne brak uit. Grondstoffen werden in 2022 allengs schaarser. Het bleek niet alleen moeilijk te zijn om flessen te vinden om de wijnen te bottelen, maar ook metalen capsules die de hals bedekken, doppen, kartonnen dozen en lijm voor de zelfklevende etiketten. Om nog maar te zwijgen van de stijgende transportkosten van de wijnen en het toenemende tekort aan werkkrachten.
Schaarste van de Bourgognes zelf is een reden waarom hun prijzen fors zijn gestegen. Na de kwantitatief mindere oogsten van 2019, 2020 en na de in omvang ronduit bedroevende oogst van 2021 werd een gat in de markt voorspeld. Die voorspelling is inmiddels werkelijkheid geworden. Het bottelen van de wijnoogst 2022 rond de zomer van 2023 zal de eerste zet zijn om weer substantieel meer Bourgognes op de wijnmarkt te brengen. Belanghebbenden zijn echter van mening dat er zeker twee jaar, twee goede oogsten, nodig zullen zijn om een hernieuwde en gezonde balans te vinden tussen vraag en aanbod.
Een van de interessantste artikelen over de prijzen van Bourgognes stond begin juni in Les Échos (te vergelijken met ons Financieel Dagblad). De conclusie van het artikel luidde dat naast het gat in de markt door de schaarste ook de bodem uit de markt dreigt te worden geslagen. De bourgondische wijnsector staat voor de uitdaging om een evenwicht te vinden tussen winstgevendheid en aantrekkelijkheid van het goedkopere segment Bourgognes. Een stijging van 20% voor bijvoorbeeld een Mâcon-Villages in supermarkten zou regelrecht verontrustend zijn. Het is dan ook de zorg van de bourgondische wijnsector om de prijzen van de regionale appellations in de hand te houden. Deze Bourgognes op instapniveau omvatten meer dan de helft van het totale aanbod Bourgognes en vormen een essentiële introductie tot het ontdekken van de appellations villages en vervolgens de 1ers Crus Grands Crus.
De grote angst van de bourgondische wijnproducenten is om de band met de consument te verliezen. “De uitdaging is om een hernieuwde ingang te vinden onderaan de piramide”, aldus Benjamin Le Berre, algemeen directeur van Maison Moillard (Meursault). Zich bewust van de toch al hoge prijs van een goede instap Bourgogne, tegenwoordig zelden onder de 8 euro, voeren de wijnproducenten prijsstijgingen door van idealiter hooguit 15% en snijden zij aldus in hun marges van de regionale appellations. Het bewust reduceren van de winstmarges van de goedkoopste Bourgognes maakt deel uit van een langetermijnstrategie. Na de druivenoogst in 2022 zullen er hopelijk meer genereuze jaargangen volgen om deze investering terug te verdienen.
La Cité Internationale de la Gastronomie et du Vin
Aan gebrek aan aandacht had Bourgogne in 2022 niet te klagen. In de jaarlijkse Best in Travel-lijstjes voor 2022 van de reisgids Lonely Planet stond in de categorie ‘regio’s’ Bourgogne in de top tien vermeld. De belangrijkste reden van vermelding was de opening van La Cité Internationale de la Gastronomie et du Vin in Dijon. Afgelopen oktober bezocht ik Dijon en ik ging meteen even langs bij deze nieuwe toeristenmagneet.
La Cité de la gastronomie et du vin bestaat uit zes afdelingen, met om te beginnen het Pavillon de la Gastronomie et du Vin. Met meer dan 1.750 m² aan expositieruimte wordt aandacht besteed aan alle culturele aspecten van de gastronomie in Frankrijk. De moderne ruimte loopt over in La Grande Chapelle, waarbinnen een tentoonstelling is ingericht over de unieke climats (wijngaarden) in de Bourgogne.
Beide presentaties voldoen aan de meest moderne museale maatstaven: ruimtelijk ingericht, effectief belicht, interactief, uiterst sfeervol met een aangepast muziekje op de achtergrond dat vooral in de grote kapel profiteerde van diens mooie akoestiek. Maar dat was het wel een beetje. De afwisseling van oude en nieuwe gebouwen binnen het grote complex is ondoorzichtig en ondanks dat wij een grote kaart hadden meegenomen, moesten wij enkele malen beveiligingsmedewerkers vragen om de weg te wijzen.
Midden in La Cité de la gastronomie et du vin liggen paviljoens waar je kunt genieten van allerhande gastronomische geneugten. Nauwelijks bezoekers hier aangetroffen. De soms absurd hoge prijzen van de artikelen zijn onbegrijpelijk, maar verklaarden veel. Behalve een groep jongeren die zich voor een wijnproeverij had ingetekend, was het ook angstvallig stil in La Cave de la Cité, die hoofdzakelijk is gereserveerd voor wijnen uit de Bourgogne. Een paar trapjes omlaag om de ruimte te betreden met de Grands Crus. Doodse stilte en iedere notie van interactiviteit vervloog. Ik was bang dat alleen al bij het bekijken van de flessen een alarm zou afgaan.
Hoe mooi en imposant het allemaal is en wat zijn de medewerkers vriendelijk en behulpzaam, ik had het gevoel met een lege maag La Cité de la gastronomie et du vin de Dijon te hebben verlaten. Na genoten te hebben van een bourgondisch middagmaal op Place François Rude gingen wij naar het Musée des Beaux-Arts, dat is gevestigd binnen het voormalige paleis van de bourgondische hertogen. Helemaal verbouwd en de verdiepingen met moderne kunst zijn weer toegankelijk. Voor de derde keer bezocht, en het is en blijft een indrukwekkende ervaring. Een gloednieuwe en een hernieuwde beleving in Dijon. Twee tegenpolen. Misschien is dat juist de reden om Dijon hoog in je bourgondische lijstje voor 2023 te plaatsen.