Wijnbouwers aan de voet van de eeuwige heuvel

Vignerons de la Colline Éternelle (Wijn uit Bourgogne)
Uitzicht vanaf het terrein van Vignerons de la Colline Éternelle op de eeuwige heuvel

Ik nam samen met Quentin Gornovel plaats in zijn kantoor. Quentin is responsable commercial (salesmanager) bij Vignerons de la Colline Éternelle in Saint-Père, nabij Vézelay. Hij nam ruim de tijd om enkele wetenswaardigheden over de coöperatie toe te lichten. Tijdens de rondleiding die volgde, vertelde hij dat hij de oenologieopleiding in Beaune had gevolgd. Ik verkeerde dus in goed gezelschap om een kleine, dynamische coöperatie te leren kennen én om een professionele toelichting te krijgen bij de wijnen die we zouden proeven.

In 1989 verenigde een tiental wijnbouwers uit de omgeving van Vézelay zich in een coöperatie die lange tijd de naam Cave Henri de Vézelay droeg. In 2017, gelijktijdig met de promotie van de witte ‘Bourgogne Vézelay’ (100% chardonnay) tot appellation village (‘Vézelay’), kreeg de coöperatie haar huidige naam: Vignerons de la Colline Éternelle. Aan deze naamswijziging lagen zowel een juridische als een praktische reden ten grondslag: men wilde het woord ‘Vézelay’ uit de bedrijfsnaam halen en ‘Vignerons’ klinkt toegankelijker dan ‘Cave’. De coöperatie telt inmiddels elf leden die hun oogst naar Saint-Père brengen. De druiven worden per kilo betaald en vervolgens door medewerkers van de coöperatie zorgvuldig gesorteerd.

Het terroir rondom de heuvel waarop het historische Vézelay ligt, is bij uitstek geschikt voor de chardonnay. De bodem bestaat voornamelijk uit kalksteen, vermengd met mergel en wat klei. De wind heeft vrij spel en houdt de wijngaarden droog. De hellingen genieten vrijwel permanent van zonlicht en zorgen voor een natuurlijke afwatering. Naast chardonnay staat er rondom Vézelay—zij het in veel mindere mate—ook pinot noir aangeplant. Deze druif groeit deels op steniger bodems en deels op enkele gepromoveerde climats die doorgaans voor chardonnay zijn bestemd. Maar waar de pinot noir ook staat, de resulterende rode wijn draagt altijd de naam ‘Bourgogne’.

Dan de vraag die hoog op mijn lijstje stond: waarom wordt de rode wijn uit Vézelay niet ‘Bourgogne Vézelay’ genoemd, zoals voorheen de witte wijnen? “Een logische vraag,” antwoordde Quentin. “Zowel ‘Bourgogne’ als ‘Bourgogne Vézelay’ zijn qua classificatie appellations régionales. Maar om ‘Bourgogne Vézelay’ op het etiket te mogen zetten, moet elk oogstjaar aan bepaalde kwaliteitscriteria voldoen. Hoewel 2018, 2019 en 2020 uitstekende jaren waren, lukt dat bij pinot noir helaas niet ieder jaar. Daarom houden we het voorlopig op de classificatie ‘Bourgogne’.”

Ik had Quentin afgelopen maart tijdens Grands Jours de Bourgogne al ontmoet, waar hij me uitnodigde om de coöperatie te bezoeken. Tijdens dat evenement proefde ik enkele wijnen uit de fles. Daarom stelde Quentin tijdens mijn bezoek voor om een aantal wijnen uit 2020 en 2021 te proeven die nog niet waren gebotteld. We liepen langs grote stalen tanks, elk voorzien van een sticker met de inhoud. Met een proefglas in de hand opende Quentin telkens royaal het kraantje. We proefden de drie variëteiten ‘Vézelay’.

Om te beginnen maakt men in Saint-Père een generieke witte ‘Vézelay’. “We vermelden het niet op het etiket, maar denk er gerust ‘Classique’ bij. De wijnbouwers vinden namelijk dat deze ‘Vézelay’ het best aansluit op het terroir van de heuvel.” We proefden twee cuvées: de ene met rijk wit en geel fruit (waaronder rijpe perzik), de andere met een prominenter citruskarakter. “De wijn uit deze tank is een beetje citroné,” zei Quentin. Het eindresultaat van de ‘Vézelay’ 2021 zal dus ergens tussen beide stijlen in liggen. Quentin benadrukte herhaaldelijk dat 2021 weliswaar een complex oogstjaar was, maar dat de kwaliteit van de ‘Vézelay’ daar niet onder heeft geleden. De wijnen in mijn glas bevestigden dat.

De tweede variëteit was de ‘Vézelay Terroir’ uit 2020. “Wordt begin deze zomer gebotteld. Afkomstig van diverse gewaardeerde climats, waarvan sommige biologisch gecertificeerd zijn.” In het glas proefde je evenwicht, harmonie en finesse, met mooie minerale tonen. Ten slotte namen we een voorproefje van de ‘Vézelay Prestige’ 2020. “Het exotische fruit valt meteen op,” aldus Quentin. “Deze wijn rijpt later op eikenhout, een procedé dat we ook toepassen voor onze rode Bourgogne—afhankelijk van de wijn voor 30 tot 50%.”

Daarna gingen we naar de boutique voor een gemengde doos. Naast de drie variëteiten ‘Vézelay’ mocht er zeker een rode Bourgogne bij. De 2019 (vermeld in Le Guide Hachette des Vins) is helaas uitverkocht, maar de 2020 doet daar zeker niet voor onder.* Niet ontbreken mocht ook de ‘Melon’: een frisse witte Vin de France, gemaakt van Melon de Bourgogne—geschikt als aperitief of dorstlesser. Rosé was even niet voorradig, maar de vele flessen Ratafia de Bourgogne trokken mijn aandacht: een lichtzoete likeur die vaak als aperitief wordt geserveerd. “Die vinden we zelf gewoon erg lekker,” kreeg ik te horen.

Rondom Vézelay liggen, naast Vignerons de la Colline Éternelle, verschillende uitstekende domeinen die mooie individuele Bourgognes maken. Toch raad ik je aan om eerst met deze coöperatie kennis te maken. De optelsom spreekt voor zich: laagdrempelig, dagelijks geopend, uitstekende wijnen, volop gelegenheid om te proeven en vooral een voorbeeldige verhouding tussen prijs en kwaliteit. Na een bezoek aan de eeuwige heuvel met zijn indrukwekkende basiliek weet je dat je gastvrij bent onthaald in een klein maar fascinerend wijndistrict.

*) Toen Ilja Gort aan het einde van een ‘Wijnkwartier’ zijn ‘schatkamertje’ bezocht, koos hij voor deze Bourgogne.

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.