De derde dag van Grands Jours de Bourgogne (GJdB) is in menig opzicht meest leuke en meest relaxte. Alles speelt zich af binnen Le Palais des Congrès in Beaune. Met meer dan 200 exposanten mag er echter niet worden getreuzeld. Daarbij werd in de vroege ochtend voor journalisten een speciale proeverij georganiseerd. Ik beken alvast dat met mijn hotel aan de overzijde van de straat, ik niet alle Bourgogne heb uitgespuwd. Dit is ook de dag dat midden in de grote zaal stoelen en fauteuils zijn geplaatst. Niet alleen prettig om even uit te rusten, maar ook praktisch om bezoekers van de GJdB te ontmoeten en samen met hen woorden trachten te vinden voor al die geuren, kleuren en smaken.

Les Vins Mâcon
Union des Producteurs de Vins Mâcon organiseerde ter gelegenheid van GJdB voor de tweede maal (na ook in 2022) een proeverij voor journalisten. In een kleine geïmproviseerde ruimte stonden op verschillende tafels Bourgognes uit de Mâconnais: van Mâcon-Villages tot Pouilly-Fuissé 1ers Crus. De Mâconnais is in de eerste plaats coöperatieland en 70% van de druivenoogst wordt naar de tien, overigens uitstekende, coöperaties gebracht. Men schoof deze ochtend nadrukkelijk Bourgognes naar voren van Terres Secrètes uit Prissé, een paar jaar geleden door het Franse tijdschrift La Revue du vin de France gebombardeerd tot de beste coöperatie van Frankrijk.

In Prissé ligt ook Domaine de la Pierre des Dames, dat ieder jaar garant staat voor heerlijke rode én witte Mâcon-Villages (soms ook te vinden in de betere bourgondische supermarkten). Verder een groot genoegen om de ‘Cuvée Prestige’, een Mâcon-Azé van de gelijknamige coöperatie, weer te hebben mogen proeven. Deze witte Bourgogne heeft de laatste jaren met enige regelmaat een vermelding in Le Guide Hachette des Vins en is doorgaans snel uitverkocht.

Een genereuze Viré-Clessé (‘Climat Brenchen’) van Domaine Gondard-Perrin uit Viré werd vervolgens ingeschonken. Met smaakimpressies die je toedicht aan een goede Meursault. Misschien wel extra lekker omdat zoon Franz-Ludwig hem inschonk. Nog meer vreugde, men wist deze vroege ochtend werkelijk het beste uit de Mâconnais te presenteren, met de Saint-Véran ‘Au Clos’ van Domaine Gaillard uit Davayé, een wijndorp dat in het hart van de AOC Saint-Véran ligt. Wie is niet onder de indruk van het superbe werk van de Bret Brothers? Het hoeft niet per se een Pouilly-Fuissé te zijn om te pieken in de Mâconnais. Ik liet mijn proefglas extra volschenken met de Pouilly-Vinzelles ‘Les Longeays’, gebotteld onder de naam Domaine la Soufrandière. De crachoir bleef leeg.

Symphonie Mâconnaise
De Mâconnais vertegenwoordigt een bourgondische charme par sa simplicité. Vooral in het noorden van dit grote wijndistrict volstaat het repertoire van een wijnbouwer menigmaal met een witte Mâcon-Villages, een rode Mâcon, een generieke Bourgogne (voor de pinot noir diehards) en dan misschien nog een Mâcon Rosé of een Crémant de Bourgogne. De verhouding tussen prijs en kwaliteit is hierbij de grote troefkaart. Een exemplarisch voorbeeld is Domaine des Chenevières in Saint-Maurice-de-Satonnay (ergens in de driehoek Igé, Azé, Clessé). Dit domein met een “solide reputatie” (citaat uit Le Guide Hachette des Vins) deed zijn naam alle eer aan met onder meer een mooi gamma cuvées Mâcon-Villages. Ook in het zuiden van de Mâconnais zijn domeinen gevestigd die het gemakkelijk zonder een Saint-Véran of een Pouilly-Fuissé kunnen doen. Bijna alles geproefd wat op de proeftafel van Domaine La Pascerettes des Vignes uit Sologny stond. En met welk een vertrouwd genoegen. Beide domeinen staan in de Guide des Caves en zijn dus geoutilleerd voor de ontvangst van individuele liefhebbers. Tweemaal warm aanbevolen.

Het liefst was ik blijven proeven van al die witte Mâcons met achter het streepje een plaatsnaam (een zogenaamde dénomination géographique). En jawel, dat heb ik dan ook nog een halve middag gedaan. Twee namen om niet te vergeten, met om te beginnen de smaakvolle Mâcon Verzé van Nicolas Maillet (uit Verzé zelf). De Mâcon La Roche-Vineuse ‘vieiles vignes’ van Domaine Sylvaine et Alain Normand (uit La Roche-Vineuse zelf) kan zich meten met de beste witte Bourgognes uit de Mâconnais.

Het relaxte karakter van deze dag betekende ook alle tijd nemen om bij één domein het complete gamma te proeven. Van Domaine Roger Lassarat & Fils (Vergisson) had ik als huiswerk genoteerd dat het langzaam, maar met verzekerde tred bezig is om zich aan de top van de Mâconnais te nestelen. Zoon Pierre-Henri leidt momenteel het domein en scoort op alle niveaus: van de Mâcon-Vergisson ‘La Roche’, de Saint-Véran ‘Les Cras’ tot de Pouilly-Fuissé 1er Cru ‘Les Crays’. Ten slotte ook gewaarworden waar in de Mâconnais de lat ligt. Van Domaine Barraud (ook uit Vergisson) de Pouilly Fuissé ‘Les Chataigniers’ geproefd: soepel, rond en natuurlijk met die oneindige minerale tonen en dito afdronk.

Avec les Hautes Côtes, Prenez de la hauteur
Aan de uiteinden van de grote zaal van het congrescentrum was aan de ene kant ruimte voor beide Hautes-Côtes en aan de andere kant voor bourgondische bubbels. Omdat ik de Hautes-Côtes de Beaune verhoudingsgewijs wat beter ken, enkele stands van bekende en verdienstelijke wijnbouwers uit de Hautes-Côtes de Beaune bezocht om even ‘hallo’ te zeggen (toch een bodempje te proeven, want je ontkomt er niet aan). Bij een paar stands met wijnbouwers uit de Hautes-Côtes de Nuits meer de tijd genomen om te proeven. Je had ook voor dit groot genoegen met gemak een halve tot hele dag kunnen uittrekken.

De rode Bourgogne Hautes-Côtes de Nuits van Domaine Hoffmann-Jayer uit het kleine wijndorp Magny-lès-Villers, mooi geconcentreerd met tonen klein rood fruit, bleef lang bij. Wanneer na enkele jaren de tannines zachter worden, heb je een top Bourgogne in je glas die zich kan meten met de exemplaren uit de beroemde lager gelegen wijngaarden in de Côte de Nuits. Domaine Thévenot la Brun uit Marey-lès-Fussey stond ook op mijn lijstje, omdat een bekende Franse wijngids schreef over zijn “kwalitatief zeer consistente Hautes-Côtes”. Bij de loepzuivere rode Bourgogne Hautes Côtes de Nuits ‘Les Renardes’ ontwaar je klein blauw fruit (cassistonen) en een aangenaam toefje kruiden.

Bourgogne Crémant
Altijd amusant om in de lounge-achtige ruimte te lopen, waar Crémant de Bourgogne wordt geserveerd. Door gordijnen deels afgeschermd, lichten een beetje gedimd, je vraagt je af wat je te wachten staat in deze pop-up nachtclub. Nou, in ieder geval veel lekkere bourgondische bubbels. De grote namen ontbraken niet (Boisset, Bouillot, Veuve Ambal), maar ook de gerenommeerde namen uit Rully (Côte Chalonnaise), een absoluut walhalla voor liefhebbers van Crémant de Bourgogne, waren present. Wat deze namiddag bleek, is hoe populair en geliefd de Crémants van Louis Picamalot (ook uit Rully) zijn.

Ik nam de gelegenheid te baat om de twee stands van (de enige aanwezige) domeinen uit de Châtillonnais te bezoeken, het wijndistrict dat in het uiterste noorden van de Bourgogne ligt en waar voornamelijk Crémant de Bourgogne wordt geproduceerd. Domaine Bouhélier hint met de benamingen van zijn cuvées duidelijk naar de regionale geschiedenis: ‘Cuvée Trésor’ (100% chardonnay) en ‘Celtissime’ (50% chardonnay/50% pinot noir, zelfs deels opgevoed in tonnen gemaakt van regionaal hout). Domaine Bruno Dangin verricht alleen al wonderen met de pinot noir druif, neem bijvoorbeeld de ‘Blanc de noir’ en de rijke, complexe ‘Prestige de Constance’. Hoe mooi de Bourgognes uit de Mâconnais en de beide Hautes-Côtes ook waren, zo’n dag kon alleen maar worden besloten met deze feestelijke Crémants.